Bij de snelle uitgroei van Heemskerk in de vijftiger en zestiger jaren van de vorige eeuw, vooral veroorzaakt doordat Hoogovens snel veel personeel moest aantrekken, ontstond de noodzaak tot het oprichten van een nieuwe parochie en een nieuw kerkgebouw. Aanvankelijk is een noodkerk gebouwd aan de Kerkweg, welke in gebruik werd genomen op 7 augustus 1960.

Ruim een jaar later, op 19 augustus 1961, werd pastoor Cornelis Schoonderwoerd uit Haarlem tot bouwpastoor van de nieuwe kerk benoemd. De kerk werd toegewijd aan de H. Maagd Maria. Op 2 februari 1962 werd in een houten bungalow aan de Kerkweg de pastorie in gebruik genomen; de voorlopige pastorie kreeg de naam “De Gave” en werd genoemd naar het riviertje dicht bij Lourdes, maar het had ook zeker de dubbelbetekenis: het was een gave. Deze naam is behouden gebleven voor de pastorie van de Mariakerk aan de Spoellaan.

Ruim drie weken later (25 februari 1962) werd de nieuwe parochie opgericht. Op 9 juni 1963 werd de grond voor de bouw van kerk en pastorie aangekocht. Op 14 juni 1965 vond de wijding van de klokken plaats.

De kerk is een ontwerp van de architect Jos Bijnen uit Oss. De grote glas-in-lood-ramen, die zowel aan de oostzijde als aan de zuidzijde van de kerk zijn aangebracht, zijn buitengewoon imponerend; deze zijn vervaardigd door glazenier Jon Martins. Boven het altaar bevinden zich twee steenreliëfs. Voorts is bij het Maria-altaar een schitterende icoon te zien met edelsmeedwerk van Joop Falke.

Bij gelegenheid van het vijfentwintig jarig bestaan is door bemiddeling van pastoor Jacques Laurent een in 1935 gegoten bronzen Maria-beeld van 2,25 meter hoog van de Utrechtse kunstenaar Brom aangeschaft.

Na de komst van Deken-Pastoor Ton Cassee werd besloten de dagkerk af te scheiden en te verbouwen tot de ‘Esplanadezaal’. Daarmee verkreeg de parochie een prachtige zaal voor ontvangst van grotere groepen. Het bronzen Mariabeeld werd geplaatst in een fraai verlichte, witte nis. De kruiswegstaties zijn gebaseerd op die van kunstschilder Jan Toorop en zeer fraai nageschilderd door mevrouw A.M. Snoek-Ruiterman.